Y viva España?

"Waar in godsnaam is iedereen?"

Spooky town

Na al een goede week te bollen door Spanje is het tijd voor een eerste blog van onze reis Spanje-Portugal. Onze eerste indruk van het noord-oosten van Spanje: ‘Waar in godsnaam is iedereen?’. De verlaten restaurants, dichtgetimmerde vakantiehuizen in combinatie met de huilende, snerende wind geven een spooky sfeertje. Enkel de enorme hoeveelheid aan parkeerplaatsen (met bijhorende verbodsborden om te kamperen) en de vergeelde uithangborden van dancings, crèmeries, crèperies, ‘1 cocktail kopen, 1 gratis’, bewijzen dat spooky-town in de zomer het bruisende centrum is voor ‘een weekje aan zee’ in Spanje. De uitgebreide faciliteiten laten weinig aan de verbeelding over, hoe deze kleine dorpjes kreunen onder de vele ’toeristas’ gedurende de zomer. Nu, tijdens de winter is er: niks, nada, noppes, geen mens of kat op straat, enkel een local die gluurt vanachter zijn raampje en Dennis, Debie en ik. De verlaten dorpjes geven ons wel een mooi cadeau: R.U.S.T. Laat dat nu hetgene zijn waar we naar op zoek waren. De wandelingen langs het strand en doorheen de natuurreservaten zijn prachtig, ook in winter-time.

(Fa)alicante

Naarmate we meer naar het zuiden rijden merken we dat de kust begint te leven: meer en meer restaurants zijn open (als je de Burger King & Mc Donalds meetelt), boemeltreintjes rijden op en af, er zijn überhaupt mensen op de dijk! In Alicante merken we voor het eerst veel activiteit aan het strand, oudjes die dumbbellen, zumba-lessen, volley-ballers, beau-gossen die hun Mustang parkeren aan de beach voor een koffietje. Alicante leeft! Helaas is ook deze badstad al duidelijk overspoeld door het virus van de 21e eeuw: massa-toerisme. Enorme voetbalvelden vol huurwagens, grote kampeerterreinen met laadpalen en propere laantjes en baantjes tonen dat deze periode enkel een voorspel is voor het grotere werk in juni, juli en augustus. Vele voorbijgangers met sjaaltje en polo’tje rond de schouders kijken moeilijk als ik mijn haar was onder de voetensproeier op het strand. Hier zitten we duidelijk al een klasse ‘hoger’. Aan een kitscherige paarse strandbar staren Dennis en ik elkaar aan over een pis-pilsje. Wegwezen hier!

De ware mobil-droom

Ondanks de vele waarschuwingen wagen Dennis en ik ons een paar keer aan parkeren naast het strand. De vele reviews op ‘Park 4 night’ zijn uiteenlopend: van ‘fantastisch rustige plek vlakbij het strand waar we 4 nachten bleven’ tot ‘weggestuurd door de politie na 2 uur’. Wat er uiteindelijk zal gebeuren moet je toch maar zelf ondervinden, met de goede hoop dat de politie het camper-jagen ondertussen al beu is of het simpelweg te koud vind om te patrouilleren langs het strand, parkeren Dennis en ik ons een paar keer op mooie plekjes met zicht op zee waar de wind ons zachtjes in slaap wiegt. Een boete hebben we voorlopig nog niet gehad, weggestuurd door de politie zijn we wel. Op sommige locaties zoals Alicante is er een gedoogbeleid: je mag parkeren en overnachten als je er niet in overdrijft (lees: maximum 48 uur en geen stoeltjes buiten). Wat resulteert in een grote hoeveelheid aan gigantische parkeerplaatsen naast het strand die volgestompt zijn met fabriekscampers of mobilhomes ter grootte van een huis.

Als je denkt: gezellig lekker alle campers bijeen, dan heb je het mis. Wanneer Dennis Debie parkeert naast een grote mobilhome met Nederlands plaque komt een oude verzuurde man zijn deurtje uit om ons weg te kijken. Asociaal staat hij met zijn armen gekruist voor zijn hypermoderne bus en zeurt passief-agressief over het lawaai dat we maken terwijl we onze bus een paar meter naast die van hem manoeuvreren. We doen een grote wandeling langs de vele mobilhomes en fabriek campers in de hoop een gezellig praatje te kunnen slaan maar iedereen blijft steevast in zijn camper zitten, hun tv-schotels overal dezelfde richting uitgestuurd. De inzittende koppels kijken ons angstig aan, hopend dat we niet aan het verkennen zijn om onze bus naast die van hen te zetten. De volgende ochtend kijkt onze Nederlandse buurman ons wederom kwaad aan als we wegrijden. Ik steek mijn tong uit en lach eens lief.

Viva la montaña!

Het massa-toerisme, de grote bekende winkelketens, de zure mobilhome-attitudes, de vele ‘dit mag niet, dat mag niet’-bordjes en waarschuwingen duwen ons meer richting de bergen. Met het verhuizen naar het binnenland verdwijnt ook de poeha, de mooie afgewerkte en propere laantjes maken plaats voor robuuste wegen waar de kantjes letterlijk zijn vanaf gereden, zwerfafval over de railings van de bergen en zwarte geblakerde brandplekken van het stoken. Niet altijd een even idyllisch zicht maar wel écht. Een klein, stijl baantje leidde ons naar een aards paradijs in de Bernia berg-keten waar we 2 dagen overnachtten (wat we normaal gezien nooit doen). Pure rust. Een uitgestrekt en wijds zicht doet ons neerkijken op de lange skyline vol appartementen die Benidorm voorstelt: neen, daar gaan we niet heen. De enkelingen die ons passeren Ola’en ons vriendelijk. Een local voert een uitvoerig gesprek met ons in het Spaans, moedig probeert hij ons met handen en voeten uit te leggen dat hij elke dag zijn water aan dit bergkraantje in komt halen. Dit is waar Debie thuishoort. Samen met de ongerepte en adembenemende natuur, de verse verscheidene kruiden op de top van de berg vormt het binnenland voor ons een betrouwbaar en rustig oord om met de van op reis te gaan. Helaas: surfen kan je nu eenmaal niet in het binnenland dus aan de kust vind je ons zeker terug maar de echte Spaanse identiteit die vind je eerder in de bergen dan aan de kust!

REACTIES

Picture of Yana
MEER BERICHTEN

Vragen ?

Stel al jouw vragen aan ons en deel gerust jouw verhaal!

Links op deze website zijn affiliate links. 
Copyright 2021 Dennis Kussener / Yana Wijnen - All Rights Reserved

Deze website bevat cookies. Wij gebruiken cookies voor het bijhouden van statistieken, om jouw voorkeuren op te slaan. Door op ‘Accepteren’ te klikken, ga je akkoord met het gebruik van deze cookies